Essay over Gliff van Ali Smith in de Nederlandse Boekengids. Zij noemt haar nieuwe roman zelf een 'dystopisch ponyboek'.
Fragment uit het essay: 'Autoritaire regimes waarin mens en machine verder zijn versmolten, zijn eerder regel dan uitzondering in toekomstliteratuur. Ook in Gliff zijn mensen weinig meer dan ‘formules die in een hokje passen’, zoals Smith zelf zegt. De meerderheid van de burgers is ‘geverifieerd’, alles wat zij on- of offline doen, zeggen en kopen wordt geregistreerd en opgeslagen in digitale systemen. In de wereld van Gliff is het gemakkelijker om met Google Maps te navigeren aan de hand van de namen van grote bedrijven, dan met straatnamen. Een route loopt bijvoorbeeld langs Chanel, Gucci, Nike. Buiten is het 45 graden, het rivierwater is ernstig vervuild, bloemen en insecten behoren tot het verleden, er hangen overal camera’s, de anti-immigrantenparanoia is verder toegenomen en alleen de rijken hebben nog genoeg geld om verse groenten te eten. Briar en Rose moeten het als ze alleen komen te staan voor onbepaalde tijd doen met tweeënveertig blikken met gehaktballen in tomatensaus, rijstepap en mais. Als Briar naar the happy few kijkt, denkt die: ‘Ze waren zo mooi, verzorgd en volmaakt, de mensen die aten in het restaurant van de plek waar onze moeder werkte. Ze waren zo glad dat het leek of ze geretoucheerd waren, alsof je echte mensen digitaal kon veranderen.’
What’s new? Iedereen die de huidige maatschappelijke ontwikkelingen verder doortrekt, beseft dat de dystopie dichterbij is dan de utopie.
Poriën
In een interview in The Waterstones Podcast (29 oktober 2024) zegt Smith hierover: ‘Ik heb lang geloofd dat, hoewel we een genre dystopisch noemen, niets echt dystopisch is en hoewel we een genre historisch noemen, niets echt historisch is. Wat we schrijven komt door de poriën van onze huid, precies zoals de tijd waarin we leven.’ Hiermee geeft Smith zelf al antwoord op de vraag of er nog wel meer toekomstromans moeten verschijnen.'